In het S.M.A.K. in Gent loopt de tentoonstelling Head Shop/shop Head van de Amerikaanse kunstenaar Paul McCarthy. Na veel lovende recensies (o.m. in Focus Knack) te hebben gelezen ging ik een kijkje nemen.
De metershoge ketchupfles op het dak van het museum springt meteen in het oog. De inkomsthal voorbij stap je een andere wereld binnen. Het woord inferno komt spontaan bij me op. Ben ik van de rechte weg afgedwaald? Het SMAK onderging overigens serieuze verbouwingswerken om McCarthy's enorme sets te huisvesten.
Het eerste wat ik zie is een piraat met een enorme neus (uiteraard een fallus) die zomaar iemands been afhakt. Elders op de wanden worden overal vreemde, op het eerste gezicht bloederige beelden vertoond. McCarthy nam meer dan 200 uur filmmateriaal op van een soort piraten/slagersorgie met tonnen ketchup en verf, anders kan ik het niet beschrijven. Deze beelden zijn dan ook de rode draad doorheen de tentoonstelling.
McCarthy wil hiermee niet zozeer taboes doorbreken, maar levert eigenlijk kritiek op de consumptiemaatschappij. De piratenorgie is een groteske parodie op de kaskraker Pirates of the Caribbean. In het SMAK staat ook het piratenship (en het reddingsbootje) waarop dit groteske feest plaatsvond.
Het bloed in de taferelen op de muren is duidelijk ketchup, en McCarthy benadrukt voortdurend dat alles fake is. We kijken voortdurend naar seks en geweld op tv en we consumeren er op los. Door deze hedendaagse obsessie in het absurde door te trekken, plaats hij het menselijke gedrag in perspectief en kaart de hypocrisie van de consumptiemaatschappij aan.
Ook met president Bush loopt McCarthy niet hoog op. In de volgende ruimte staat The Bush Train, een beeldhouwwerk van een tiental Bush'en die op een tafel vol lege drankflessen gezwind een polonaise uitvoeren. Op de muren krijgen we een reeks foto's die progressief het verhaal vertellen van een avondje uit met Bush, de Queen Mum en Osama Bin Laden. Drie acteurs met enorme maskers op laten zich volledig gaan op de foto's. Hoe verder langs de muur je wandelt, hoe minder verticaal de personages afgebeeld worden, en hoe minder kleren ze aanhebben. Op de laatste foto, in hard rood licht genomen, liggen de drie naakt op de grond in hun eigen uitwerpselen.
Verder opmerkelijke werken zijn the forest, een heus bos(je) waar twee mechanische poppen respectievelijk een boom en de grond aan het neuken zijn. Ook het mechanische varken, getiteld Greed is niet te versmaden, vooral in contrast met de platte reclamepanelen aan de wanden naast het varken.
Dit infernaal pretpark is een tentoonstelling zoals ik er maar zelden gezien heb. McCarthy's kunst is choquerend en provocerend, maar bovenal passioneel, hard en ronduit geschift.
Kortom, een aanrader voor elke zichzelf respecterende kunstminner die een sterke maag heeft.
Nog tot 17 februari in het S.M.A.K. in het Citadelpark te Gent.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten