zaterdag 9 februari 2008

De gigant van Van Hool

Ik, een meisje met lange haren en een knalblauwe jas.
Jij, een grote jongen met krullen en de macht over een gigant van Van Hool.

Het was een avond na het werk. Lichtjes versuft van het staren naar een oplichtend scherm, wachtte ik geduldig. Tot je stopte, met je gigant.

Op automatische piloot zei ik ‘goeie avond’, en toen gebeurde het. Ik keek naar je gezicht, en de lente barstte los. Je bedankte me voor de centjes en glimlachte.

Ribaucourt was nooit zo dichtbij. Ik had zin om met je verder te gaan naar het Noordstation. Maar in gedachten zag ik me al terugkeren met een kalende vijftiger achter het stuur.

Ik vermande me en drukte op de bel. Je stopte en met een vriendelijke ‘goeie avond’ liet je me gaan.

Het licht sprong op groen, en je gigant haalde me in. Ik keek even op zij, en daar waren ze, je prachtige ogen die mijn blik vingen.

Als ik ooit een eenzame dag heb, neem ik de bus, en laat ik me door Brussel voeren op zoek naar jou. Bij elke gigant van Van Hool die stopt, maakt mijn hart een sprong.

En in mijn dromen weet ik dat jij van achter je stuur de straten afspeurt. Op zoek, naar het meisje met de lange haren en de knalblauwe jas.

Mocht je haar op een dag zien, stop dan gerust. Ze rijdt wel met je mee, naar het Noordstation, of veel verder.

Afghanistan-tentoonstelling in DeBuren

Op 8 april gaat in het Vlaams-Nederlands huis Deburen een interessante fototentoonstelling van start. Fotograaf, en tevens mijn fantastische neef, Pieter-Jan De Pue, vertrok vorig jaar in mei naar Afghanistan om te fotograferen voor verschillende internationale NGO’s.

Dat deed hij ook, maar Pieter-Jan zou zichzelf niet zijn mocht het daar bij blijven. Na een tijdje begon het te kriebelen om het relatief veilige Kaboel te verlaten en eens een kijkje te nemen in het leven van de ‘gewone’ Afghaan.

Samen met zijn tolk Hassan begon hij aan een tocht die hen in spannende en extreme situaties zou brengen.

Ze trokken steeds meer naar het noordoosten, ontmoetten agrarische gemeenschappen en nomadenstammen waarvan hij prachtige foto’s maakte.

Uiteindelijk kwamen ze aan de grens met China, en mijn liefste neef vond dat té aantrekkelijk. Zonder visum staken hij en Hassan de grens over. Het heeft niet lang geduurd.

Bij de eerste politiepost werden ze gearresteerd. Het begin van lang verblijf in een Chinese gevangenis. Een maand lang zaten ze opgesloten in een cel waar de situatie naar onze normen ‘onmenselijk’ was.

Buitenlandse zaken kwam tussen en na ruim dertig dagen stonden ze op vrije voeten. Van terugkeren naar België wou Pieter-Jan niet weten, een deel van zijn spullen lagen immers nog in Kaboel.

Samen met Hassan begon hij aan de lange tocht terug. Onderweg werden ze gevangengenomen door nomadenstammen en overvallen door Talibanstrijders. Die verplichtten Pieter-Jan al zijn spullen achter te laten. Gelukkig had Hassan het lef om Pieter-Jans films en dagboek uit de rugzak te grissen.

Door Hassans moed is het resultaat van de reis te bewonderen in Deburen.

Een deel van Pieter-Jans foto’s verschijnen op 1 maart in MO*. Later komt er ook een boek met zijn reisverhaal bij Van Halewyck.


Fototentoonstelling over Afghanistan van 8 april tot 9 mei in Deburen, Leopoldstraat 6 in Brussel. Open van dinsdag tot vrijdag van 11 tot 18 u., de toegang is gratis.



woensdag 30 januari 2008

The Banishment (Izgnanie)

De personages in The Banishment leven niet alleen buiten de stad, maar ook buiten de tijd en buiten elkaar. Alex verlaat de stad met zijn vrouw Vera (een schitterende Maria Bonnevie) en hun kinderen Kirr en Eva om zich op het platteland in het huis van zijn overleden vader te vestigen. Op de avond van hun aankomst vertelt Alex’ vrouw Vera hem dat ze zwanger is en dat het kind niet van hem is… Alex vlucht radeloos weg en gaat zijn oudere broer om raad vragen. Marc raadt hem aan haar te vergeven… of te vermoorden.

De Russische cineast Zvyagintsev laat veel ruimte open voor interpretatie en bevordert deze bewust door de alomtegenwoordige tristesse onder te dompelen in bijbelse metaforiek. De film zit vol - al dan niet impliciet gelaten - religieuze toespelingen (De titel slaat op de verbanning uit het paradijs, Eva reikt haar moeder een appel aan,…). Dergelijke ‘sleutels’ brengen de veelgelaagdheid van de film naar boven, wat ervoor zorgt dat je de film op verschillende niveaus gaat interpreteren. Zo is de zwangere Vera – in het blauw gekleed – niet alleen een moeder, maar ook een madonna.

Chef foto Mikhail Krichman, die ook al aan Zvyagintsev’s eerste film The Return (Gouden Leeuw Venetië, 03) meewerkte, levert puik werk. Vooral de scène waarin de bron naast het huis weer op miraculeuze wijze begint te stromen is prachtig in beeld gebracht. In het water zien we nog de weerspiegeling van het huis vooraleer de regen het beeld troebel maakt. Net zoals in Edgar Allen Poe’s The Fall of the House of Usher (waarin de toestand van het landhuis een metafoor is voor de familiale situatie), duidt deze scène op de eeuwige terugkerende cycli van het leven. Ook de vele zwart-wit foto’s van Alex’ vader en zijn gezin en de slotscène waarin Alex een Breugheliaans tableau vivant passeert (enkele zingende boerinnen), dragen allemaal dezelfde boodschap van eeuwige continuïteit uit, waardoor deze tijd-(en ruimte)loze parabel eindigt met een optimistische noot. (meer op filmmagie.be)

drama / reg. Andrey Zvyagintsev / sce. Oleg Negin & Zvyagintsev, met medewerking van Artiom Melkumjan, naar het kortverhaal ‘The Laughing Matter’ van William Saroyan / fot. Mikhaïl Kritchman / muz. Andreï Dergachev & Arvo Pärt / mon. Anna Mas / act. Konstantin Lavronenko (Alex), Maria Bonnevie (Vera), Alexandre Balouiev (Mark), Maxime Shibaev (Kir), Cathérine Kulkina (Eva) / pro. Dmitri Lesnevski voor Renfilm / RU-F-B / 2007 / 150’ / dis. Imagine / oorspronkelijke titel: Izgnanie / Release 13 februari

Lust, Caution (Se, Jie)

Shanghai 1942, mevrouw Mak stapt een café binnen waar ze een telefoontje pleegt (in codetaal). Ang Lee (Brokeback Mountain en Crouching Tiger, Hidden Dragon) brengt met (Gouden Leeuw 07) Lust, Caution een adembenemende erotische spionagethriller. Vanuit het café keren we via een flashback terug naar Hongkong anno 1938, waar blijkt dat mevrouw Mak eigenlijk Wong Chia Chi heet. Samen met een groepje medestudenten vat Wong het ambitieuze plan op om een aanslag te plegen op Mr. Yee, een hooggeplaatst collaborateur met de Japanse bezetter. Wong zal zich voordoen als de vrouw van een Chinees industrieel om het vertrouwen van Yee’s echtgenote te winnen, om zo de achterdochtige Yee te verleiden en uiteindelijk in een val te lokken.



LUST, CAUTION deed in China heel wat stof opwaaien. De Chinese critici kunnen het niet hebben dat een patriottische vrouw zwicht voor de charmes van een verrader van de Chinese zaak. De film werd tot zes maal toe geknipt en twaalf minuten (vooral erotische scènes) moesten eraan geloven voor de film in de zalen mocht. Geen betere publiciteit, want intussen bracht LUST, CAUTION in China wél al zo’n 90 miljoen yuan (of acht miljoen euro) op.

Zoals de titel aangeeft vormt het subtiele verleidingsspel tussen de protagonisten Wong en Yee de kern van LUST, CAUTION. Dit staat in sterk contrast met de expliciete seksscènes, die bij momenten zelfs aan de kracht van L’Empire des Sens doen denken. De seks is echter een essentieel deel van de film, want de twee personages worden gaandeweg volledig door hun lust verteerd. Zo geeft Yee Wong een enorme diamant, die meer zijn wanhopige afhankelijkheid symboliseert dan zijn liefde. De hoofdrolspelers weten op een geloofwaardige manier afkeer en fascinatie met elkaar te verzoenen. Een aanrader.
Voor een volledige recensie én een interview met Ang Lee, één adres: het maandblad Filmmagie

spionagethriller / reg. Ang Lee / sce. Wang Hui-ling, James Schamus naar een kort verhaal van Eileen Chang / fot. Rodrigo Prieto / muz. Alexandre Desplat / mon. Tim Squyres / act. Tony Leung Chiu-wai (Mr. Yee), Tang Wei (Wong Chia Chi alias Mrs. Mak), Joan Chen (Mrs. Yee), Wang Leehom (Kuang Yu Min), Kar Lok Chin (Tsao) / pro. Bill Kong, Ang Lee & James Schamus / HK-USA-CN / 2007 / 157’ / dis. Cineart / originele titel: SE, JIE
Release 30 januari

zondag 27 januari 2008

Plasje

Elke week kijk ik er naar uit, de wandeling door de gang van het Centraal Station naar de metro.

Op zondagavond passeer ik er, nog wat gemarineerd van de avond voordien, en dan schreeuwt mijn maag: let op, ik houd het niet meer.

De gang naar de metro is het favoriete toilet van vele daklozen in onze hoofdstad. Iedereen kan zich daar wel iets bij voorstellen.

Adem inhouden lukt niet, tegen je het einde van de gang bereikt, zie je blauw. Sjaal voor de neus, en doorlopen dan maar.

Gelukkig zijn er de vele kraampjes waar Peruanen en hippies hun prullen proberen aan de man te brengen. Hun wierrookstokjes zijn een echte zegen.

Koffiefabrikant Douwe Egberts maakt momenteel reclame in de fameuze gang met posters waarop hun bekende slogan prijkt.
‘Het ruikt hier naar Douwe Egberts’

You wish.

The assassination of Jesse James by the coward Robert Ford

Part 2: The Music


Zoals gezegd ben ik geen Westernfan. Toch werd ik gemakkelijk overtuigd om naar ‘The assasination of’ te gaan kijken, en gelukkig maar.

Het horen van één naam was voldoende om mij in de zaal te krijgen. De muziek voor deze kaskraker werd immers gemaakt door mijn eeuwige favoriet Nick Cave. De zwarte raaf klopte aan bij zijn Bad Seeds-violist Warren Ellis en samen maakten ze een soundtrack die er mag wezen.

Weinig doet denken aan the Bad Seeds of Grinderman. Geen melancholische ballads of doorgedraaide rock. Het werd een rustige, instrumentale soundtrack, die nooit om de aandacht wil concurreren met de film. Integendeel, de muziek ondersteunt de prent perfect.

Voor diehard fans zoals ik, is er nog een extraatje. Aan het einde van de film duikt Nick Cave zelf op. Mét vettige hangsnor, die we kennen van zijn solotournee en Grinderman.

Hij verschijnt in een volkscafé waar hij een ballad brengt ter ere van ‘the coward’ Robert Ford. Daarbij doet hij geen beetje moeite om nog niet overtuigde luisteraars te bekeren met zijn zangtalent. Puur amusement.

Fans wees verheugd. Op 3 maart brengt workaholic Cave, samen met zijn Bad Seeds, een nieuwe plaat uit die ‘Dig Lazarus dig’ zal heten. Dat belooft.

donderdag 27 december 2007

Dante 01


Regisseur Marc Caro is met Dante 01 aan zijn eerste solofilm toe. Voorheen regisseerde hij samen met Jean-Pierre Jeunet Le cité des enfants perdus(1996) en Delicatessen(1991). Net zoals in deze films creëert Caro opnieuw een bevreemdend, sfeervol universum.

De verteller opent met «Il était une fois… » en kort erna krijgen we een citaat uit Dante’s Divina Commedia: «Vous qui entrez, perdez toute espoir». Zo krijgen we van bij het begin een beeld van de film als een apocalyptisch sprookje. Foto: Saint Georges, Elisa en het virus 'Nano-X'

Dante 01 is de naam van een gevangenis die om de onherbergzame planeet Dante cirkelt. Zoals bleek uit het citaat wordt ze voorgesteld als het voorgeborchte van de hel. Binnen verblijven zes gevangenen, twee wetenschappers, en drie opzichters. Samen met de wetenschapper Elisa komt een nieuwe gevangene aan boord van het station. Elisa wil er pas ontwikkelde nanotechnologie testen op de gevangen, die ze als waardeloze proefkonijnen ziet. Alle gevangenen die door Elisa geïnjecteerd worden met ‘Nano-X’ verkeren kort daarna in levensgevaar. Telkens wanneer deze op het punt staan te sterven, worden ze op miraculeuze wijze gered door ‘de nieuwe’, die onmiddellijk wordt aanbeden door enkele gevangenen en over mysterieuze krachten lijkt te beschikken. De zwijgzame, ziekelijke Saint Georges (Lambert Wilson) kan namelijk door een lichaam heen kijken, om daarna de ‘ziekte’ in zich op te nemen, op ongeveer dezelfde manier zoals John Coffey in The Green Mile.

César (Dominique Pinon, ook al te zien in Le cité des enfants perdus en in Delicatessen) is de officieuze leider van de gevangenen en voelt zich door Saint Georges bedreigd. Hij overhaalt een andere gevangene om hem te vermoorden, maar na een bloedige steekpartij herrijst Saint Georges, zoals het een volwaardige messias betaamd.

Caro hecht duidelijk veel belang aan sfeer in de film, getuige de indrukwekkende special effects en de erg gedetailleerde decors, die doen denken aan Alien:Ressurection en Cube. Een minpunt is wel dat Caro minder belang aan de uitwerking van de personages besteedt. In Cité des enfant perdus en Delicatessen nam Jeunet de casting voor zijn rekening. Net op dat vlak blijft Caro in gebreke. Vooral de koude wetenschapsvrouw Elisa en haar conservatieve rivale Persephone, die tegen de experimentele behandeling gekant is, weten amper te boeien. Dat wordt echter goedgemaakt door de acteerprestatie van Pinon, die geloofwaardig een evoluerend personage weet neer te zetten.

Dit science-fiction sprookje zit vol bijbelse metaforen en mythologische verwijzingen. Caro lijkt met deze film vooral te willen aantonen dat rationaliteit, technologie en moderne wetenschap (belichaamd door Elisa) niet alles kunnen verklaren. Bovendien kunnen ze niet op tegen de natuurlijke, spirituele krachten in het universum. Die laatste kant wordt vertegenwoordigd door de gevangene Saint Georges, de verpersoonlijking van mededogen. Ondanks de aanslag op zijn leven, ziet Saint Georges toch nog hoop voor de mensheid. In de psychedelische slotscène van de film, die erg sterk aan Kubrick’s 2001: A Space Odyssey doet denken, offert messias Saint Georges zich op voor de fouten van de anderen en bij uitbreiding voor de zonden van de hele mensheid. (release: 9 januari)